*RTH* Roger Miller - King of the road
+7
Chrisje
forzautregivo
PPProfessor
Jan...
Joostvdaa
sowhat
sokratikos
11 plaatsers
Pagina 1 van 1
Wat is je cijfer voor "Roger Miller - King of the road" ?
*RTH* Roger Miller - King of the road
[27-05-2014]
Verzoekje van de volle RTH-pallet
Roger Dean Miller (Fort Worth (Texas), 2 januari 1936 – 25 oktober 1992) was een Amerikaans zanger en acteur. Zijn bekendste wapenfeit was de single King of the Road, die ook de Nederlandse hitparades haalde. Zijn stijl wordt omschreven als countrymuziek, maar kent specialisaties in scat en vocalese (variant van vocalise). Hijzelf was zich daarvan niet bewust; hij wilde muziek schrijven als anderen, maar het bleek altijd een ander resultaat te hebben.
Millers vader Jean overleed aan hersenvliesontsteking toen hij nog geen jaar oud was. Moeder Laudene kon niet voor haar drie kinderen zorgen (het waren de jaren van de Grote Depressie) en liet de opvoeding van Robert over aan Jeans broer Elmer en vrouw Armelia in Erick, Oklahoma). Het was een tijd van grote armoe en Roger moest meehelpen op de boerderij. Ten teken van de armoe: een telefoon kon pas in 1951 aangesloten worden. Roger moest naar school, alwaar maar één klaslokaal was. Zo jong als hij was, begon hij toen al met het schrijven van stukjes muziek, hij was een introverte dagdromer. De zinsnede There’s a picture on the wall. It’s the dearest of them all, Mother dateert vanuit die tijd.
Op de middelbare school werd hij lid van de National FFA Organization. Ondertussen luisterde hij naar het radiostation van zijn neef Sheb Wooley en leerde ook van hem zijn eerste noten op de gitaar. Wooley kocht ook een fiddle voor hem. De eerste invloeden op zijn latere muziek kwamen van Hank Williams en Bob Wills. Uit die tijd dateren ook zijn eerste optredens in Oklahoma, maar ook in Texas. Miller ging voor het muzikantenleven. Op zeventienjarige leeftijd moest hij toch een gitaar stelen, maar gaf zichzelf daarna aan. Om aan arrestatie te ontkomen sloot hij zich aan bij het leger en kon prompt naar het slagveld van Korea (1952). De laatste jaren van zijn diensttijd versleet hij in Atlanta, Georgia, alwaar hij fiddle ging spelen in "The Circle of Wranglers", een muziekgroep vanuit het leger. Miller kwam terecht in South Carolina alwaar hem werd geadviseerd zich te vestigen in Nashville (Tennessee).
In Nashville maakte Miller kennis met Chet Atkins, die hem opnieuw een gitaar moest lenen. Miller trad op (hij kende nog maar twee akkoorden) en verdiende bij als piccolo in een plaatselijk hotel; hij raakte bekend als de "zingende piccolo". Daarnaast speelde hij ook in de band van Minnie Pear. Hij ontmoette George Jones en mocht met hem muziek opnemen in Houston voor Starday Records. Miller, inmiddels getrouwd en ouder van een kind, verhuisde naar Amarillo (Texas) en stond op het punt de muziek vaarwel te zeggen; hij werd brandweerman. Hij bleef wel min of meer optreden en zijn loopbaan als brandweerman voorliep niet voorspoedig. Hij sliep door een brand heen en hem werd vriendelijk verzocht een ander baantje te zoeken. Hij ontmoette Ray Price en ging spelen in diens Cherokee Cowboys. Eenmaal terug in Nashville schreef hij Invitation to the blues, dat een hit werd van Rex Allen (nummer 3 in de Amerikaanse countrylijst). De volgende jaren lieten een aantal successen horen, Millers liedjes geschreven voor Tree Publishing en vertolkt door derden: Half a mind door Ernest Tubb, That’s the way I feel voor Faron Young en Billy Bayou voor Jim Reeves. Miller was echter ongedisciplineerd, men moest aandringen op voltooiing van de aangevraagde liedjes.
In 1958 kreeg Miller zelf dan een platencontract bij Decca Records. Hij werd gekoppeld aan Donny Little, later bekend onder de naam Johnny Paycheck. Ze zongen A man like me en The wrong kind of girl van Little, maar haalden de hitparades niet. Na Jason Fleming, dat ook onsuccesvol bleef, ging Miller achter de drumkit zitten van Faron Young, hoewel hij nog nooit slagwerk had geleerd. Ook maakte hij opnieuw kennis met Chet Atkins en stapte over naar RCA Records. In 1960 steeg You don’t want my love (alternatieve titel In the summertime) de hitparade in; het bereikte plaats 14 in de countrylijst. Opvolger When two worlds collide, samen geschreven met Bill Anderson, haalde de top 10. Na de successen ontspoorde Miller, hield op met schrijven, scheidde van zijn vrouw en werd feestbeest. Zijn platenlabel ontsloeg hem en hij ging wat anders doen.
Hij ging proberen om acteur te worden. Hij zat echter zonder geld en vond onderdak bij Smash Records, dat bereid was hem 1600 Amerikaanse dollars voorschot te geven. Daar volgden de in vier minuten geschreven Dang Me en Chug-a-lug uit en die plaatjes haalden naast de nummer 1 en 3 positie in de countrylijsten ook de Billboard Hot 100 (respectievelijk plaatsen 7 en 9). Nog datzelfde jaar volgde Do-wacka-do en vlak daarna zijn grootste succes King of the Road met een vierde plaats in de Billboard Hot 100. Daarna verschenen achtereenvolgens Engine Engine, Kansas City Star en England Swings. 1966 zag Husbands and Wives. Hij kreeg in september 1966 een eigen tv-show op NBC, maar die was niet succesvol, januari 1967 verdween het na 13 weken van de buis. De successen werden minder hevig met hits als Walkin' in the Sunshine, Little green apples van Bobby Russell en Me and Bobbie McGee van Kris Kristofferson. In 1970 gevolgd door het studioalbum A trip in the country. Smash Records werd opgeheven en Miller verhuisde naar Columbia Records en kwam in 1973 met Dear folks: Sorry I haven't written lately. Datzelfde jaar acteerde en zong Miller drie liedjes in de Walt Disney film Robin Hood in de rol van minstreel Alan-a-Dale. In 1978 leende hij zijn stem aan de rol van Speiltoe in Nestor, The Long-Eared Christmas Donkey. Zingen bleef Miller, hij musiceerde in 1981 samen met Willie Nelson op het album Old friends. Op de titelsong, die al in Oklahoma was geschreven, zong ook Ray Price weer mee. Het zou zijn laatste hit zijn; het was 1982.
Het gebrek aan erkenning leidde tot een muzikale stilstand, maar hij schreef nog wel de muziek voor Mark Twains The Adventures of Huckleberry Finn in de uitvoering op Braodway. Hij had het boek vooraf niet gelezen, maar kwam toch met de muziek nadat het boek hem deed terugdenken aan zijn armoedige jeugd. Het wilde echter niet vlotten en na anderhalf jaar ging op 25 april 1985 het stuk met Big River in première in het Eugene O'Neill Theatre. Naast de muziek speelde Miller ook de rol van Finns vader, nadat John Goodman deze had laten schieten voor Hollywood. De musical kreeg zeven Tony Awards, waaronder een voor de muziek.
Miller verhuisde echter naar Santa Fe (New Mexico) en kwam nog schaars met successen, waaronder samen met Dwight Yoakams It only hurts when I cry uit 1990 (album If there was a way) en zong daarbij op de achtergrond. Het haalde wel weer een hitnotering in de Verenigde Staten. Hij ging zelf in 1990 nog op tournee en trad in 1992 nog voor de televisie op. De opnamen werden uitgezonden een dag nadat hij was overleden.
Miller trouwde uiteindelijk driemaal (Barbara,Leah Kendrick en Mary Arnold) en liet zeven kinderen na, waarvan de jongste, Michael, al vroeg stierf. Dean Miller, van zijn tweede vrouw, werd zelf zanger. Het succes had een weerslag op het gedrag van Miller; hij leed aan depressies en slaapwandelen. Vervolgens raakte hij verslaafd aan de drugs en liep soms gewoon van het podium af en belandde in vechtpartijen. Mary Arnold leerde hij kennen via zanger Kenny Rogers, zij zong in The First Edition en voor Gerald Ford en werd in 2009 opgenomen in de Rock’n’Roll Hall of Fame van Iowa. Arnold zorgt nog altijd voor de muzikale erfenis en aardse bezittingen van Roger Miller. In die hoedanigheid spande ze een rechtszaak aan tegen Sony om uiteindelijk 900.000 dollar achterstallig royalty's te kunnen innen. Miller, een fervent roker, stierf aan long- en keelkanker in 1992.
We ranken de grootste hit van Roger Miller: King of the Road (1965), zijn enige single die de Nederlandse hitparades haalde. Het lied is in 1964 zeer waarschijnlijk in het Idanha Hotel te Boise, Idaho geschreven. Het lied gaat over een zwerver, die niets heeft maar zich toch koning van de straat voelt. Een situatie die wellicht betrekking had op Millers eigen leven, hij had een zeer arme jeugd en ook later wilde het met geld niet altijd vlotten (hij stal ooit een gitaar).
Tijdens promotie van het plaatje moest soms de tekst aangepast worden; de zinsnede "I ain’t got no cigarettes" moest tijdens familiegerichte programma’s toen (al) aangepast worden naar "I ain’t got no regrets". B-kant was Atta boy, girl.
King of the Road werd door talloze artiesten later opgenomen: George Jones, Dean Martin, King (Elvis Presley-kloon), Jack Jones, The Fabulous Echoes, Boney M., R.E.M., Johnny Paycheck, The Chipmunks, Boxcar Willie, Randy Travis, Rangers, James Kilbane, John Stevens, The Statler Brothers, Rufus Wainwright & Teddy Thompson, Giant Sand, Peligro, The Proclaimers, Ray Conniff Singers, The Reverend Horton Heat, Jerry Lee Lewis, en Joe Strummer namen het op of speelden het tijdens concerten. Ook Helmut Lotti zong het, evenals Edwin Rutten in de Fred Haché Show.
Het lied is voorts te horen in de film Im Lauf der Zeit (1976) van Wim Wenders, die in de Engelstalige wereld uitkwam onder de titel King of the Road, en in Talladega Nights: The Ballad of Ricky Bobby, Brokeback Mountain, Into the Wild en in Swingers. Miller zelf zong het in de concertregistratie The Big T.N.T. Show. De cover van de The Proclaimers was te horen in de film "The Crossing" (1990). In 2011 was het te horen in de reclamespot Tanken bij Total van C1000; al eerder gebruikte Audi het.
Een variant op het lied verscheen ook al snel. Jody Miller nam in 1965 Queen of the House op. De muziek was van Miller, de teksten van Mary Taylor. Het thema is hetzelfde, een “uitzichtloze situatie”. Deze versie werd in 1966 opgenomen door Connie Francis. The Supremes brachten het nummer vaak live in hun shows.
De plaat verscheen in diverse hitlijsten in 1965. In de UK en in Noorwegen werd het een #1-hit, in de USA Billboard Hot 100 piekte het op #4, in Ierland op #5 en in Canada op #10. Het nummer stond 9 weken in de NLse Top 40 van 1965 en piekte op #14. Eenmalig stond "King of the Road" in de NLse Top 2000, namelijk in de eerste editie van 1999 op #1810.
live 1965 en 1990
Verzoekje van de volle RTH-pallet
Roger Dean Miller (Fort Worth (Texas), 2 januari 1936 – 25 oktober 1992) was een Amerikaans zanger en acteur. Zijn bekendste wapenfeit was de single King of the Road, die ook de Nederlandse hitparades haalde. Zijn stijl wordt omschreven als countrymuziek, maar kent specialisaties in scat en vocalese (variant van vocalise). Hijzelf was zich daarvan niet bewust; hij wilde muziek schrijven als anderen, maar het bleek altijd een ander resultaat te hebben.
Millers vader Jean overleed aan hersenvliesontsteking toen hij nog geen jaar oud was. Moeder Laudene kon niet voor haar drie kinderen zorgen (het waren de jaren van de Grote Depressie) en liet de opvoeding van Robert over aan Jeans broer Elmer en vrouw Armelia in Erick, Oklahoma). Het was een tijd van grote armoe en Roger moest meehelpen op de boerderij. Ten teken van de armoe: een telefoon kon pas in 1951 aangesloten worden. Roger moest naar school, alwaar maar één klaslokaal was. Zo jong als hij was, begon hij toen al met het schrijven van stukjes muziek, hij was een introverte dagdromer. De zinsnede There’s a picture on the wall. It’s the dearest of them all, Mother dateert vanuit die tijd.
Op de middelbare school werd hij lid van de National FFA Organization. Ondertussen luisterde hij naar het radiostation van zijn neef Sheb Wooley en leerde ook van hem zijn eerste noten op de gitaar. Wooley kocht ook een fiddle voor hem. De eerste invloeden op zijn latere muziek kwamen van Hank Williams en Bob Wills. Uit die tijd dateren ook zijn eerste optredens in Oklahoma, maar ook in Texas. Miller ging voor het muzikantenleven. Op zeventienjarige leeftijd moest hij toch een gitaar stelen, maar gaf zichzelf daarna aan. Om aan arrestatie te ontkomen sloot hij zich aan bij het leger en kon prompt naar het slagveld van Korea (1952). De laatste jaren van zijn diensttijd versleet hij in Atlanta, Georgia, alwaar hij fiddle ging spelen in "The Circle of Wranglers", een muziekgroep vanuit het leger. Miller kwam terecht in South Carolina alwaar hem werd geadviseerd zich te vestigen in Nashville (Tennessee).
In Nashville maakte Miller kennis met Chet Atkins, die hem opnieuw een gitaar moest lenen. Miller trad op (hij kende nog maar twee akkoorden) en verdiende bij als piccolo in een plaatselijk hotel; hij raakte bekend als de "zingende piccolo". Daarnaast speelde hij ook in de band van Minnie Pear. Hij ontmoette George Jones en mocht met hem muziek opnemen in Houston voor Starday Records. Miller, inmiddels getrouwd en ouder van een kind, verhuisde naar Amarillo (Texas) en stond op het punt de muziek vaarwel te zeggen; hij werd brandweerman. Hij bleef wel min of meer optreden en zijn loopbaan als brandweerman voorliep niet voorspoedig. Hij sliep door een brand heen en hem werd vriendelijk verzocht een ander baantje te zoeken. Hij ontmoette Ray Price en ging spelen in diens Cherokee Cowboys. Eenmaal terug in Nashville schreef hij Invitation to the blues, dat een hit werd van Rex Allen (nummer 3 in de Amerikaanse countrylijst). De volgende jaren lieten een aantal successen horen, Millers liedjes geschreven voor Tree Publishing en vertolkt door derden: Half a mind door Ernest Tubb, That’s the way I feel voor Faron Young en Billy Bayou voor Jim Reeves. Miller was echter ongedisciplineerd, men moest aandringen op voltooiing van de aangevraagde liedjes.
In 1958 kreeg Miller zelf dan een platencontract bij Decca Records. Hij werd gekoppeld aan Donny Little, later bekend onder de naam Johnny Paycheck. Ze zongen A man like me en The wrong kind of girl van Little, maar haalden de hitparades niet. Na Jason Fleming, dat ook onsuccesvol bleef, ging Miller achter de drumkit zitten van Faron Young, hoewel hij nog nooit slagwerk had geleerd. Ook maakte hij opnieuw kennis met Chet Atkins en stapte over naar RCA Records. In 1960 steeg You don’t want my love (alternatieve titel In the summertime) de hitparade in; het bereikte plaats 14 in de countrylijst. Opvolger When two worlds collide, samen geschreven met Bill Anderson, haalde de top 10. Na de successen ontspoorde Miller, hield op met schrijven, scheidde van zijn vrouw en werd feestbeest. Zijn platenlabel ontsloeg hem en hij ging wat anders doen.
Hij ging proberen om acteur te worden. Hij zat echter zonder geld en vond onderdak bij Smash Records, dat bereid was hem 1600 Amerikaanse dollars voorschot te geven. Daar volgden de in vier minuten geschreven Dang Me en Chug-a-lug uit en die plaatjes haalden naast de nummer 1 en 3 positie in de countrylijsten ook de Billboard Hot 100 (respectievelijk plaatsen 7 en 9). Nog datzelfde jaar volgde Do-wacka-do en vlak daarna zijn grootste succes King of the Road met een vierde plaats in de Billboard Hot 100. Daarna verschenen achtereenvolgens Engine Engine, Kansas City Star en England Swings. 1966 zag Husbands and Wives. Hij kreeg in september 1966 een eigen tv-show op NBC, maar die was niet succesvol, januari 1967 verdween het na 13 weken van de buis. De successen werden minder hevig met hits als Walkin' in the Sunshine, Little green apples van Bobby Russell en Me and Bobbie McGee van Kris Kristofferson. In 1970 gevolgd door het studioalbum A trip in the country. Smash Records werd opgeheven en Miller verhuisde naar Columbia Records en kwam in 1973 met Dear folks: Sorry I haven't written lately. Datzelfde jaar acteerde en zong Miller drie liedjes in de Walt Disney film Robin Hood in de rol van minstreel Alan-a-Dale. In 1978 leende hij zijn stem aan de rol van Speiltoe in Nestor, The Long-Eared Christmas Donkey. Zingen bleef Miller, hij musiceerde in 1981 samen met Willie Nelson op het album Old friends. Op de titelsong, die al in Oklahoma was geschreven, zong ook Ray Price weer mee. Het zou zijn laatste hit zijn; het was 1982.
Het gebrek aan erkenning leidde tot een muzikale stilstand, maar hij schreef nog wel de muziek voor Mark Twains The Adventures of Huckleberry Finn in de uitvoering op Braodway. Hij had het boek vooraf niet gelezen, maar kwam toch met de muziek nadat het boek hem deed terugdenken aan zijn armoedige jeugd. Het wilde echter niet vlotten en na anderhalf jaar ging op 25 april 1985 het stuk met Big River in première in het Eugene O'Neill Theatre. Naast de muziek speelde Miller ook de rol van Finns vader, nadat John Goodman deze had laten schieten voor Hollywood. De musical kreeg zeven Tony Awards, waaronder een voor de muziek.
Miller verhuisde echter naar Santa Fe (New Mexico) en kwam nog schaars met successen, waaronder samen met Dwight Yoakams It only hurts when I cry uit 1990 (album If there was a way) en zong daarbij op de achtergrond. Het haalde wel weer een hitnotering in de Verenigde Staten. Hij ging zelf in 1990 nog op tournee en trad in 1992 nog voor de televisie op. De opnamen werden uitgezonden een dag nadat hij was overleden.
Miller trouwde uiteindelijk driemaal (Barbara,Leah Kendrick en Mary Arnold) en liet zeven kinderen na, waarvan de jongste, Michael, al vroeg stierf. Dean Miller, van zijn tweede vrouw, werd zelf zanger. Het succes had een weerslag op het gedrag van Miller; hij leed aan depressies en slaapwandelen. Vervolgens raakte hij verslaafd aan de drugs en liep soms gewoon van het podium af en belandde in vechtpartijen. Mary Arnold leerde hij kennen via zanger Kenny Rogers, zij zong in The First Edition en voor Gerald Ford en werd in 2009 opgenomen in de Rock’n’Roll Hall of Fame van Iowa. Arnold zorgt nog altijd voor de muzikale erfenis en aardse bezittingen van Roger Miller. In die hoedanigheid spande ze een rechtszaak aan tegen Sony om uiteindelijk 900.000 dollar achterstallig royalty's te kunnen innen. Miller, een fervent roker, stierf aan long- en keelkanker in 1992.
We ranken de grootste hit van Roger Miller: King of the Road (1965), zijn enige single die de Nederlandse hitparades haalde. Het lied is in 1964 zeer waarschijnlijk in het Idanha Hotel te Boise, Idaho geschreven. Het lied gaat over een zwerver, die niets heeft maar zich toch koning van de straat voelt. Een situatie die wellicht betrekking had op Millers eigen leven, hij had een zeer arme jeugd en ook later wilde het met geld niet altijd vlotten (hij stal ooit een gitaar).
Tijdens promotie van het plaatje moest soms de tekst aangepast worden; de zinsnede "I ain’t got no cigarettes" moest tijdens familiegerichte programma’s toen (al) aangepast worden naar "I ain’t got no regrets". B-kant was Atta boy, girl.
King of the Road werd door talloze artiesten later opgenomen: George Jones, Dean Martin, King (Elvis Presley-kloon), Jack Jones, The Fabulous Echoes, Boney M., R.E.M., Johnny Paycheck, The Chipmunks, Boxcar Willie, Randy Travis, Rangers, James Kilbane, John Stevens, The Statler Brothers, Rufus Wainwright & Teddy Thompson, Giant Sand, Peligro, The Proclaimers, Ray Conniff Singers, The Reverend Horton Heat, Jerry Lee Lewis, en Joe Strummer namen het op of speelden het tijdens concerten. Ook Helmut Lotti zong het, evenals Edwin Rutten in de Fred Haché Show.
Het lied is voorts te horen in de film Im Lauf der Zeit (1976) van Wim Wenders, die in de Engelstalige wereld uitkwam onder de titel King of the Road, en in Talladega Nights: The Ballad of Ricky Bobby, Brokeback Mountain, Into the Wild en in Swingers. Miller zelf zong het in de concertregistratie The Big T.N.T. Show. De cover van de The Proclaimers was te horen in de film "The Crossing" (1990). In 2011 was het te horen in de reclamespot Tanken bij Total van C1000; al eerder gebruikte Audi het.
Een variant op het lied verscheen ook al snel. Jody Miller nam in 1965 Queen of the House op. De muziek was van Miller, de teksten van Mary Taylor. Het thema is hetzelfde, een “uitzichtloze situatie”. Deze versie werd in 1966 opgenomen door Connie Francis. The Supremes brachten het nummer vaak live in hun shows.
De plaat verscheen in diverse hitlijsten in 1965. In de UK en in Noorwegen werd het een #1-hit, in de USA Billboard Hot 100 piekte het op #4, in Ierland op #5 en in Canada op #10. Het nummer stond 9 weken in de NLse Top 40 van 1965 en piekte op #14. Eenmalig stond "King of the Road" in de NLse Top 2000, namelijk in de eerste editie van 1999 op #1810.
live 1965 en 1990
_________________
Alle mensen worden vrij en gelijk in waardigheid en rechten geboren. Zij zijn begiftigd met verstand en geweten, en behoren zich jegens elkander in een geest van broederschap te gedragen. Art 1 UVRM
sokratikos- Music-Master
- Aantal berichten : 10290
Registratiedatum : 24-04-11
Leeftijd : 53
Woonplaats : Nijmegen, NL, Europa, Aarde, Wereld
Re: *RTH* Roger Miller - King of the road
Niets aan: 3
_________________
Sowhat, voor al uw feesten en partijen!
sowhat- Chief
- Aantal berichten : 19068
Registratiedatum : 16-12-08
Leeftijd : 67
Woonplaats : Mokum
Re: *RTH* Roger Miller - King of the road
Ik kende deze song alleen in een tamelijk briljante versie van 'The King', een soort nep-Elvis ofzo. Spijtig genoeg kan ikd aarvan geen youtube-filmpje vinden. Hoe dan ook, die versie vind ik veel leuker dan dit ietwat saaie origineel. Het is wel een goede compositie, maar de uitvoering is saai. Een 6.
Re: *RTH* Roger Miller - King of the road
Opa plaat voor gevorderen 2
Jan...- Music-Master
- Aantal berichten : 5302
Registratiedatum : 18-12-08
Leeftijd : 58
Re: *RTH* Roger Miller - King of the road
Op zich altijd leuk natuurlijk, zo'n oude cowboyplaat, maar ook wel weer onwijs oubollig. Een 4, want eigenlijk niet om aan te horen.
PPProfessor- Music-director
- Aantal berichten : 1842
Registratiedatum : 18-12-08
Leeftijd : 67
Woonplaats : Weesp
Re: *RTH* Roger Miller - King of the road
Oudbollig geneuzel die de tand des tijds duidelijk niet heeft overleefd. Een 2
_________________
If I agreed with you we'd both be wrong
Re: *RTH* Roger Miller - King of the road
Oubollig ja, maar leuk genoeg voor soms. 6je
_________________
Alle mensen worden vrij en gelijk in waardigheid en rechten geboren. Zij zijn begiftigd met verstand en geweten, en behoren zich jegens elkander in een geest van broederschap te gedragen. Art 1 UVRM
sokratikos- Music-Master
- Aantal berichten : 10290
Registratiedatum : 24-04-11
Leeftijd : 53
Woonplaats : Nijmegen, NL, Europa, Aarde, Wereld
Re: *RTH* Roger Miller - King of the road
Gaga-classic natuurlijk! Een 8! Ik hoef het zelf niet in huis, maar ik wordt er wel blij van. Thanks Roger Miller!
Chrisje- Music-Maniac !!!
- Aantal berichten : 3361
Registratiedatum : 03-01-12
Leeftijd : 64
Woonplaats : Eindhoven
Re: *RTH* Roger Miller - King of the road
Bij het lezen van Roger Miller dacht ik: zou de fameuze Kameroense voetballer ook een zangcarriere hebben gehad waar ik geen weet van had? Maar nee hoor, het blijkt om een naamgenoot te gaan. Het beluisteren van het muzakje was daarbij een nog grotere teleurstelling.
Een 3.
Een 3.
Re: *RTH* Roger Miller - King of the road
Ik hou hier wel van, maar ja, ik ben ook al oud
Een 8
Een 8
Miennnn- Music-Maniac !!!
- Aantal berichten : 3131
Registratiedatum : 16-12-08
Leeftijd : 68
Re: *RTH* Roger Miller - King of the road
Zo'n nummer dat klinkt op een bruiloft en de 60-plussers in beweging zet. En de 60-minners ook, maar dan richting bar.
Vooruit, een 5, het kan zoveel slechter.
Vooruit, een 5, het kan zoveel slechter.
Timmus- Beheerder
- Aantal berichten : 16861
Registratiedatum : 01-01-09
Leeftijd : 43
Woonplaats : 's-Gravenhage
Re: *RTH* Roger Miller - King of the road
Doet me aan me pa denken die niet meer onder ons is, roept dus herinneringen op...
Van mij een dikke 7 (zal ook wel oud zijn al haha)....
Van mij een dikke 7 (zal ook wel oud zijn al haha)....
Mirrr- Music-Master
- Aantal berichten : 12297
Registratiedatum : 21-12-08
Leeftijd : 60
Soortgelijke onderwerpen
» *RTH* Roger Daltrey - Say It Ain't So, Joe
» *RTH* Roger Daltrey - Giving It All Away
» *RTH* Roger Whittaker - The Last Farewell
» *RTH* Glenn Miller - In the mood
» *RTH* Steve Miller Band - Jet airliner
» *RTH* Roger Daltrey - Giving It All Away
» *RTH* Roger Whittaker - The Last Farewell
» *RTH* Glenn Miller - In the mood
» *RTH* Steve Miller Band - Jet airliner
Pagina 1 van 1
Permissies van dit forum:
Je mag geen reacties plaatsen in dit subforum
Vandaag om 7:40 van Ries
» PreParty 13.00-16.00
Gisteren om 16:09 van Ries
» V500 2024 - De Lijst
21.11.24 23:05 van MrJohn
» Mijn Muzikale Horizon
21.11.24 19:55 van Timmus
» Wo 20-11 Sokra zaagt door
21.11.24 19:28 van sokratikos
» Di. 19 nov. Roche draait verder.
19.11.24 13:29 van Roche
» *RTH* Grace Slick & Paul Kantner - Silver Spoon
18.11.24 17:13 van sokratikos
» *RTH* Wayne Fontana & The Mindbenders - The Game of Love
18.11.24 16:59 van sokratikos
» *RTH* Natalie Merchant - Carnival
18.11.24 16:45 van sokratikos
» *RTH* Fredrika Stahl - Oh Sunny Sunny Day
18.11.24 16:25 van sokratikos
» !8 nov. Top 40
18.11.24 11:30 van Roche
» *RTH* Mia Martini - Almeno Tu Nell'Universo
16.11.24 23:23 van Mirrr
» *RTH* Michael Bublé – Santa Claus is coming to town
16.11.24 23:22 van Mirrr
» Za. 16 november: Orinoco Weekendsjooww
16.11.24 20:03 van Grafmat
» *RTH* Spirit of St Louis – Down by the radio
16.11.24 14:53 van Mirrr
» *RTH* Pussy Riot – Make America great again
16.11.24 14:52 van Mirrr
» *RTH* Temptations – Law of the land
16.11.24 14:51 van Mirrr
» *RTH* Ennio Morricone – Once upon a time in the West
16.11.24 14:51 van Mirrr
» *RTH* Damned – In dulco decorum
16.11.24 14:50 van Mirrr
» *RTH* Paula Abdul – Straight up
16.11.24 14:50 van Mirrr